De tempelreiniging
Nadat Jezus in Jeruzalem was gekomen ging Hij naar de tempel. Toen Hij daar aankwam zag Hij wat er gebeurde in de tempel. Er werd gehandeld, geld gewisseld en duiven verkocht. Hij liep naar binnen en joeg iedereen weg die iets verkocht. Alle tafels van de geldwisselaars en duivenverkopers gooide Hij om. Hij verwees naar een Bijbeltekst die schreef: “Mijn huis moet een huis van gebed zijn.” En erachteraan zei Hij: ‘Maar jullie maken er een rovershol van.’ Dat de Farizeeën niet blij hiermee waren, was wel duidelijk maar laten we eens kijken naar wat Jezus nou eigenlijk zei en waarom. Jezus vertelde hen dat de tempel het huis van God is. Dat betekent dat we daar zuinig op moeten zijn en het niet moeten gebruiken als plek waar we veel geld kunnen verdienen. Dat was iets wat in die tijd heel normaal was. In alle tempels gebeurde dit. Maar Jezus laat hier zien dat dit niet het goede is. We moeten het huis van God respecteren en beseffen dat God in de tempel woont. Bij ons is dat nu de kerk. Ook wij mogen daar geen rovershol van maken. We moeten respect hebben voor het huis van God. Dat is wat Jezus ons hier duidelijk maakt.
Maak jouw eigen website met JouwWeb